Eerst wist ik helemaal niet dat ik hoogbegaafd was. Zoals ik denk en zoals ik ben, is heel normaal voor mij.

Ik heb niet in de gaten dat ik snel denk.
Ik heb niet in de gaten dat het net even iets anders bij mij werkt.

Alleen ben ik nu wel blij dat ik het weet. Het heeft veel duidelijk gemaakt en heeft een handleiding gegeven voor bepaalde situaties.

Ik snap mezelf nu beter.
Ik weet waarom bepaalde zaken mij zo raken.
En ik hoef mezelf niet meer aan te passen.

Heerlijk, het voelt als thuiskomen.

Terwijl ik mezelf eerst echt dom vond.
Ik was nou niet echt de hoogbloeier op school.
Sterker nog, ik was een 5,5’er, dat is goed genoeg.

Lol maken, dat was veel belangrijker voor mij.
Ik had werkelijk geen idee waar ik mee bezig was.
En lol maken, daar kon ik wel iets mee en dat werd mijn vlucht.

Toen iemand zei: “Laat jezelf ook eens testen”, dacht ik dat ze niet goed was geworden.
“Waarom? Ik ben toch helemaal niet slim?

De ochtend van de test was ik ook in staat om de hele boel te annuleren.
“Wat als ze er achterkomen dat ik helemaal niet zo slim ben? Hoe kan het nou dat ik weer in deze situatie terecht ben gekomen, zie je wel… ik haal mezelf weer wat in het hoofd.”

Alleen ik heb niet geannuleerd.
Ik ben de dag ingegaan en ben er als een ander mens uitgekomen.

Daar werd door een test heel duidelijk dat ik wel degelijk hoogbegaafd ben.
Dat ik op alle onderdelen hoog scoorde.

Alleen toen begon de worsteling pas.
Ik kan dit toch tegen niemand zeggen?
Ik heb niet eens een hoge opleiding, wat gaat iedereen er wel niet van denken?

Dus ik ging op slot en nam dit in mijn binnenste mee, maar toonde het aan niemand.

Nu weet ik dat hoogbegaafdheid helemaal niet gerelateerd is aan mijn schoolprestaties. Dat het dingen niet afmaken, juist een teken zijn van hoogbegaafdheid. Terwijl ik mezelf daar flink mee om de oren sla als ik dat doe. “Dat mag toch niet? Dat kan niet” is een stemmetje dat heel goed een oordeel kan geven over mijn situatie. Dus je past je aan. Aan de norm van… Tja, weet ik veel… maar je past je altijd aan. Vooral niet anders zijn dan de rest en mee in de massa.

Hoogbegaafdheid is ook niet in een paar regels samen te vatten. Het wordt vaak geprobeerd, maar we zijn het allemaal met elkaar eens, dat een omschrijving nooit compleet is 😉

Een hoogbegaafde is een snelle en slimme denker, die complexe zaken aankan. Autonoom, nieuwsgierig en gedreven van aard. Een sensitief mens en intens levend. Een hoogbegaafd persoon schept plezier in creëren.

Het voelt als een stempel.
Als een label waar ik juist zo wars tegen ben.

En toch, toch ben ik blij dat ik dit kwetsbare stukje tegenwoordig naar buiten durf te brengen.

Ik ben namelijk niet anders.
Ik ben wie ik ben en dat is helemaal oke.

Hoe heb ik dat gedaan?
Eerst heel voorzichtig met mensen waarvan ik wist dat hoogbegaafdheid geen probleem was.
Mensen waarvan ik wist dat ze had begrepen.

Nu durf ik het makkelijker te zeggen.
Wil ik het juist zeggen, want er is nog zoveel onbekend over hoogbegaafdheid.

Omdat iedereen het associeert met hoge cijfers halen.
Omdat er zoveel vooroordelen zijn, die helemaal niet kloppen.

Ik herken mij juist in het stuk veel willen en ook het liefst meteen.
En dan ook elke keer weer iets nieuws.
Dat dan ook weer.

In mijn brein speelt zich een heel verhaal af, ook al lijkt het of ik niks zit te doen.
Het gaat twenty for seven door.

Mijn zintuigen staan op scherp en alles komt tegelijk binnen.
Ik bijt mij vast en dan vliegt de tijd voorbij als ik niet oplet.

Het is een klein stukje van mijn hoogbegaafdheid, want uiteraard vind ik het ook moeilijk om woorden te geven aan mijn hoogbegaafdheid.
Natuurlijk denk ik dan ook weer, dat het mijn oordeel is.
En wie zegt dat mijn denken juist is… en hup daar gaat mijn brein weer 😉

Ik hoop dat als jij dit artikel leest en twijfelt ‘Ben ik wel hoogbegaafd’, dat je juist op onderzoek gaat.
Dat je jouw eigen oordeel en afwegingen gaat maken.
En dan ben ik heel benieuwd naar jouw eindconclusie.

Laat je mij die hieronder weten?